Wijn wordt in principe gemaakt tussen de 30e en 50e breedtegraad. Naarmate we dichter bij de 50e breedtegraad komen, of daaroverheen, zoals in Nederland, gaat het wel om relatief vroeg rijpende druivensoorten. In de tijd van de Romeinen en de late middeleeuwen was wijnbouw in Nederland vrij bekend. Dit nam af door de ‘kleine ijstijd in de 17e eeuw’, de opkomst van het bier, de internationale handel en Napoleon die de wijnbouw in Nederland uiteindelijk de nekslag toebracht door hoge accijnzen. De laatste jaren neemt het aantal wijngaarden in Nederland snel toe. Niet zozeer vanwege de klimaatverandering, maar meer door nieuwe druivenrassen, zoals Regent, Rondo, Salomé (rood) en Johanniter, Merzling en Solaris (wit). De noordelijkste wijngaard in Nederland ligt bij mijn weten nu in Haulerwijk in Friesland.
Uit Frankrijk komt tegenwoordig grofweg een kleine 20% van de totale wijnproductie. Italië produceert ongeveer evenveel en Spanje maar een paar procenten minder. Zo’n 70% van de totale wijnproductie komt uit Europa. Met name in Nederland wordt veel wijn geconsumeerd uit de zogenaamde ‘nieuwe wijnlanden’ als Argentinië, Chili, Zuid-Afrika en Australië. Maar in totaal leveren die nog geen 15% van de wereldwijnproductie, minder dan Frankrijk dus. De nieuwe wijnlanden hebben wel de toon gezet voor de smaak van de moderne wijndrinker. Het gaat vaak om soepele, soms wat zoetig smakende, volle wijnen met in het algemeen een wat hoger alcoholpercentage (> 13%). Uit Argentinië kennen we prachtige vlezige Malbecs, uit Chili zware kersenachtige Carmenères (verwant aan de Merlot), uit Zuid-Afrika Droë Steen (Chenin Blanc) en Pinotage en uit Australië vooral de wat bekendere druivensoorten, als Shiraz en Chardonnay. Wijnen uit de ‘oude wijnlanden’, komen– ondanks dat de Franse, Italiaanse en Spaanse wijnmakers zich de laatste tijd aanpassen - wat klassieker over: soms wat minder soepel, naast fruit meer aards en mineralig. De laatste trend is dat Franse en Italiaanse wijnmakers wijngaarden in Chili en Argentinië opkopen om daar wijnen te gaan maken met het ‘terroir’ dat bekend is van de klassieke wijnlanden.